Nothing But Thieves laat 6.000 blije koppies achter in AFAS Live
Je hebt van die bands die na ieder concert veel extra fans hebben. Het Engelse Nothing But Thieves is zo een band. Toen bekend werd dat de heren op vrijdag 24 november een headlineshow zouden geven in AFAS Live, waren alle tickets binnen no time over de toonbank gevlogen. In het voorprogramma staan Airways en The Xcerts.
Met een vrij lege zaal begint Airways heel abrupt. De band begint voor een halflege zaal te spelen, maar dat deert niet: Airways zijn start is twijfelachtig. De bas overstemt alles en is het de rest slecht hoorbaar, waardoor mensen meer gingen kletsen. Tijdens “White Noise Boys” krijgt Airways pas een beetje respons: “Wow, er zijn zelfs mensen die het kennen”. Toch is de interactie met het publiek tijdens de nummers ver te zoeken, dus trekken de gitarist en bassist erg naar elkaar toe. Gerust een lekkere band om naar te kijken als je net vanuit de kou komt.
Met een hoop energie draait de The Xcerts de stilte de nek om: “Hey Amsterdam, we are The Xcerts. Let’s have some fun.” En direct moet het gezegd worden: shit, wat klinkt de band vanaf de eerste seconden lekker. Frontman Murray Macleod heeft een perfect heldere stem, die het meest tot zijn recht komt tijdens “Daydream” en het upbeat nummer “Slackerpop”. Je krijgt, terwijl je in AFAS Live staat, het gevoel alsof je in een feelgoodfilm hard in je cabrio rijdt met de wind door je haren. Verdraaid gedurfd sluit Macleod de set af: instrumenten aan de kant en a capella eindigt hij met een paar zinnen.
Met maar twee studioalbums op zak moet Nothing But Thieves zich bewijzen voor 6.000 man. Een onheilspellende lichtshow trekt je zijn wereld in. De spits wordt afgebeten met “I’m Not Made By Design” en zodra frontman Conor Mason “Hey Amsterdam!” roept, gaat het publiek al uit zijn dak. Hij is zelfverzekerd, daagt uit, danst en overdondert. Bij “Wake Up Call”, de vierde song in de set, verslapt de band. Het nummer wordt even te snel gespeeld, veel noten worden net niet gehaald en de woorden lijken meer op gebrabbel. Pas aan het eind van de volgende track, “Soda”, herpakt Mason zich weer met een uithaal waar je alleen maar respect voor kunt hebben.
Vanaf “Drawing Pins” gaat het weer écht de goede kant op. Het is weer strak, groots en bombastisch. “If I Get High” wordt op de akoestische gitaar gespeeld, net nadat er allemaal crowdsurfers naar voren gevlogen waren. Na deze fragiele track gaan we alwéér de akoestische gitaar erbij pakken. Dit is het moment dat het fout gaat. De vaart gaat er uit en het publiek is weer afgehaakt. Op deze kleine smetjes na, bewijst Nothing But Thieves vandaag écht zonder twijfel de baas te zijn. Van de diehard fans die helemaal vooraan staan, tot de papa’s en mama’s op het balkon: iedereen doet wat er gevraagd wordt en je vindt het leuk.